Na drie dagen wandelen in de bergen verheugen we ons op de zee en het daaraan gelegen eindeloze zandstrand. Zulke contrasten maken Wales een dankbare bestemming voor kampeerders. Het gebied in het westen van de Britse eilanden, dat aan drie zijden wordt ontsloten door de Ierse Zee, bewaart zijn natuurlijke schatten in drie nationale parken. De dorpen en steden hebben hun karakteristieke sfeer behouden, en de bewoners heten hun gasten welkom.
1.479 kilometer aan wandelpaden
Wandelaars komen hier flink aan hun trekken. Met 1.479 kilometer aan wandelpaden op 2.170 vierkante kilometer nationaal park vinden we nog meer rust en ruimte in de buurt van Dolgelau. Vanaf de berg Cadair Idris worden we, na een pittige klim naar 893 meter boven zeeniveau, beloond met een uitzicht op de Ierse Zee.
Vanuit Aberystwyth rijden we met onze camper ontspannen langs de kust. Onderweg passeren we witte, afgelegen stranden en kliffen, kastelen en steencirkels, menhirs en hunebedden. Het Pembrokeshire Coast National Park in het zuidwesten vormt een reservaat voor zeevogels. We vinden overal mooie campings aan het water of staan op heuvels met een prachtig uitzicht. In de door steile rotsen omzoomde baaien nestelen zich natuurlijke havens, met voor de kust kleine eilanden en eilandengroepen.
Black Mountains
Het Brecon Beacons National Park ligt tussen de Black Mountains in het westen en de gelijknamige Black Mountains in het oosten van de Engelse grens, met daartussen de Central Beacons. Het meest opvallende kenmerk is de kraterachtige skyline van de Pen y Fan (886 meter). We mogen van de rangers in het bezoekerscentrum van Brecon overnachten op de parkeerplaats. Ondanks het algemene verbod op overnachten in het nationale park.
Cardiff
De kroon op deze tour is Cardiff (Caerdydd in het Welsh, wat het ‘fort aan de Taff’ betekent). Wil je weten waarom naast de nationale parken ook de hoofdstad zo de moeite waard is? Je leest het allemaal in het uitgebreide artikel over het land waar de natuur nog altijd vrij spel heeft.