Aha, dus zo ziet het einde van Europa eruit: de laatste kilometers weg lopen lijnrecht naar de kaap. Cabo de São Vicente is de meest zuidwestelijke punt van het Europese vasteland. Op de 30 meter hoge rotsen prijkt een vuurtoren met knalrode koepel. Boven waait een stevige wind, beneden raast de Atlantische Oceaan. Een overweldigende ervaring, vooral als je je bedenkt dat er voorlopig niets dan water en nog eens water is. Als je je zwembroek aantrekt en alsmaar rechtdoor zwemt, kom je uit in Amerika.
Cabo de São Vicente
Cabo de São Vicente is een magische plek: ongerepte natuur, maar rond de kaap ook best wat levendigheid – met veel parkeerplaatsen en een paar steetfoodtrucks. Eentje adverteert met ‘de laatste braadworst voor Amerika’. Wij verkiezen een van de leuke restaurantjes pal aan het water in Sagres, een paar kilometer verderop.
Deze trektocht leidt ons langs de mooiste stranden en stadjes in de Zuid-Portugese Algarve. Oké, het is een hele reis om hier te komen, maar de lange rit is het dubbel en dwars waard – al was het maar voor het weer. Van april tot eind oktober loop je hier heerlijk in je T-shirt.
De parel van de Algarve
De havenstad Lagos – zo’n 30 kilometer van de kaap en omgeven door schitterende stranden – wordt ook wel de parel van de Algarve genoemd. We zijn meteen verliefd. Na een zonnig dagje op het strand slenteren we door de oude binnenstad. We zien zowel winkels met typische toeristentroep als boetiekjes met fijne kunstnijverheid en lokale designerplunje.
Surfen
Straatmuzikanten verzorgen een passende soundtrack bij de zonsondergang, terwijl surfers voldaan terugkeren van een dagje op de golven. Overal hangt een ongedwongen sfeertje. We bestuderen de menukaarten; de een is al wat beter dan de ander. We belanden ten slotte in een klein etablissement met maar negen tafels, opgesteld in een smalle steeg. Hier smullen we van een broodje tonijn, een overdadige vissoep en inktvis met dikke aardappelchips. De druiven van de wijn die we erbij drinken, Monte da Casteleja, groeien maar een paar honderd meter ten noorden van de stad.
Wild rotslandschap in de Algarve
Op een schiereiland voor de stad ligt Ponta de Piedade, een wild gekloofd rotslandschap met tal van grotten, natuurlijke bruggen en rotstorens. En tussendoor vind je telkens mooie stranden. Wandelen is hier een hele belevenis. De ene keer loop je bovenop de rotsformaties, dan weer klauter je via een steile trap naar boven of beneden.
Mooiste stranden van Europa
De A22 volgt hier helemaal de zuidelijke kustlijn. Een stuk naar het oosten ligt Faro. Ertussen kom je langs het ene schitterende zandstrand na het andere. De stranden zijn telkens afgewisseld met imposante rotsformaties die zijn getekend door weer en wind. Vele daarvan behoren tot de mooiste van Europa. En laten we zeker de prachtige Algarve-steden niet vergeten, zoals Albufeira, Armacao de Pera, Portimão en Carvoeiro.
Natuurlijke bruggen van de Algarve
Ons lievelingsstrand? Moeilijk te zeggen. Maar het kleine strand van Benagil is zeker een kanshebber. Op zich is het een strand als vele andere, maar deze plek is gezegend met een rotslandschap dat je alleen via het water kunt bereiken. Tijdens het boottochtje zitten we op de eerste rij. De kapitein kent de plek als zijn broekzak en stuurt ons fijntjes lage grotten in (opgepast, hoofd intrekken!) en onder natuurlijke bruggen door.
Strand van Marinha
Het volgende halfuur langs de kustlijn vergapen we ons aan steile, hoge, rood-oranjekleurige rotsformaties, intieme stranden, grotten en spelonken. Bij het strand van Marinha keert de boot, onder een van de twee prachtige rotsbogen door die we de dag ervoor tijdens een wandeling al hadden bewonderd. Oké, Marinha – dat is de mooiste stek. Of misschien toch… Maar waarom moeten we eigenlijk kiezen?
En jouw hotspot?
Heb jij ook wel eens door de Algarve getrokken maar mis jij jouw hotspot in dit verhaal? Laat het ons dan weten in een reactie hieronder.
Bron: MPS, Tekst: Michael Adler, foto’s: Joachim Negwer