Tirol Camp, Leutasch Oostenrijk, 20 december.
“Waaaarme melk!”
Ik kijk verwijtend. Mama ook. Normaal zet ze mijn melkfles in de magnetron, draait aan de schakelaar, haalt de fles er weer uit en roert de melk door. “Waaarme melk!” “Nee!” “Waarom niet?” “We hebben hier geen magnetron. En op de gaskachel maak ik vanavond niets meer warm!” Slechte service hier in de caravan.
In bed is het gelukkig wel gezellig en comfortabel. Ondanks dat mama en papa de slaapplekken eigenlijk anders hadden willen verdelen. Maar het bevalt me hier prima, lekker onder de dekens tussen papa en mama in. Papa kijkt er anders tegenaan. Maar ja, hij wilde de caravan. En mij. Nu heeft hij het allebei. Dicht op elkaar gepakt, dat wel.
Chocoladevlekken en rode boeien
De sneeuw buiten is meestal fantastisch. Maar vandaag waren we bij de speeltuin. De glijbaan lag verscholen onder een dikke laag sneeuw. Dat ging dus niet door. Schommelen in de ijzige kou maakt het er ook niet leuker op, dus waren we er binnen de kortste keren weer weg.
Toen wilde papa graag een cappuccino. Mijn broers en zussen en ik kregen warme chocolademelk met slagroom. Dat was lekker. Alleen had mama niet zoveel op met de chocoladevlekken op mijn shirt.
Mama vindt het maar stressvol om mij aan te kleden in de caravan op de wintercamping. In de zomer, op de camping in Corsica, droeg ik meestal alleen maar een badpak. Als ik onder het zand terugkwam bij de caravan, spoelde ze me buiten zo af.
Dat gaat nu niet. Dat komt waarschijnlijk omdat er hier geen strandzand is. En geen zonnedouche. In plaats daarvan hangt mama me ook nog een sjaal om, bovenop alle normale kleren. En dan zijn er ook nog mijn handschoenen. Mijn oudere broers en zussen kleden zichzelf aan. Meestal dan. Mij trekt mama dan ook nog een skipak aan. Maar ik heb een hekel aan dat ding. Ik ben namelijk een meisje, en geen rode boei.
Flesje bier in de sneeuw
Het eten in de caravan is een op elkaar gepakt gebeuren. Normaal eten we namelijk meestal vóór de caravan. Dat gaat nu niet, want de tafelpoten zouden zo wegzakken in de sneeuw. Dus tijdens het ontbijt in de caravan eten we met zes personen aan een tafel voor vier.
‘s Avonds gaan we nu vaker dan normaal uit eten. Mooi, want dan krijg ik frietjes. We eten buiten de deur omdat papa hier niet kan barbecueën. In plaats daarvan zet hij ’s avonds voor de caravan nog een flesje bier in de sneeuw, dat hij er kort daarna weer uithaalt.
Papa zei dat die piek verderop hoogste berg van Duitsland is. ‘Zugspitze‘ heet hij. Dat is zo omdat er bovenop waarschijnlijk een trein rondrijdt. Wij nemen de kabelbaan. Vanuit Oostenrijk, niet vanuit Beieren. Dat is een verschil. Zegt papa. De kabelbaan is hoe dan ook leuk. Van boven gezien lijken de huisjes op papa’s modelspoorbaan.
Maar dan heb ik ineens oorpijn. Mijn oudere broers en zussen kregen net wel kauwgom. Ik niet. Super oneerlijk! Omdat ik de kauwgom door zou slikken. En toch zegt papa: “Slik!” Zonder kauwgom. Mama is praktischer en geeft me mijn melkfles. Boven nog meer sneeuw. En weer chocolademelk. En morgen waarschijnlijk weer een schoon T-shirt.
Te veel lawaai in de sauna
Op de camping mag ik niet mee naar de sauna. Dat heeft mama namelijk al eens geprobeerd, met mijn oudere broer en ik. “Kunnen die kinderen niet wat stiller zijn?” vroeg een mevrouw aan mama. Terwijl we helemaal geen lawaai maakten. Tenminste, niet zoveel.
Toen mengden zich nog twee vrouwen in het gesprek, allebei net zo onvriendelijk. Sindsdien neemt ze ons niet meer mee. Super stom, al helemaal omdat mama het nog goed vindt ook. Nu neemt ze een boek mee als ze naar de sauna gaat. Ze moet op adem komen. Zegt ze. Vanwege ons. Wat een onzin.
Het zwembad mogen we wel in. Daar gaan we dan ook elke middag heen. De campingeigenaar is blijkbaar ook nog badmeester. En kok. Na het zwemmen draagt papa me zelfs naar het restaurant. Want dat is zogenaamd sneller. Dan hoeft mama niet opnieuw die hele overall bij me aan te doen.
Huishouden onder verzwaarde omstandigheden
Mama heeft sowieso een ambivalente houding ten opzichte van winterkamperen met kinderen (ja, ik ben best wel slim voor mijn leeftijd). Aan de ene kant zegt ze dat het een betaalbare en spannende manier is om ons kinderen veel van Duitsland en Europa te laten zien. Aan de andere kant beweert ze dat zo’n kampeervakantie niets meer of minder is dan een verplaatsing van het huishouden onder verzwaarde omstandigheden.
Ik vind het eigenlijk alleen maar verzwarend dat niet al mijn poppen, knuffels en de legokist mee mogen. Mijn oudste zus wil haar keyboard meenemen, zodat ze kerstliedjes kan spelen. Zus nummer twee heeft minstens twee sledes nodig en mijn broer zijn drumstel. Anders zou ‘stille nacht’ wel héél stil zijn.
Daarom moeten we tijdens de volgende beurs in Utrecht een grotere caravan aanschaffen. Papa zegt dat we maar eens een geldboom moeten planten. Ik vind het prima. Leuker dan die saaie heg die we nu hebben staan.
Tekst en foto’s: Dolde Medien